Plantenveredeling
Het ontwikkelen van planten die zo goed mogelijk aan de eisen van de mens voldoen.
Wij selecteert planten met de beste erfelijke eigenschappen en maken daar nieuwe rassen van.
Onder plantenveredeling valt enerzijds het kweken (veredelen) van nieuwe rassen en anderzijds de bestudering van de grondslagen waarop het kweken berust en van de middelen waardoor het kweken wordt bevorderd.
De plantenveredeling past voor het maken van betere rassen de kennis uit verschillende vakgebieden toe, onder andere erfelijkheidsleer, plantenziektenkunde, biotechnologie, wiskundige statistiek en inzicht.
Het aanpassen van gewassen aan de behoeften van de mens gebeurt al sinds het jagen/verzamelen werd aangevuld met en grotendeels vervangen door landbouw en tuinbouw.
De eerste fase bestond uit het overhouden van zaden van aantrekkelijke planten waaruit op lange termijn de landrassen (genetisch brede populaties) ontstonden. Dit is overigens ook van toepassing op dierlijke rassen.
Pas nadat de wetmatigheden van de genetische vererving rond 1880 duidelijk werden kwam de veredeling in een stroomversnelling. Nieuwe technieken leidden snel tot een gespecialiseerde beroepsmatige uitoefening van de plantenveredeling. Het vervaardigen van zuivere lijnen door herhaalde zelfbevruchting werd veel toegepast en er werd gebruikgemaakt van de hybride groeikracht door zuivere lijnen met elkaar te kruisen.
Opbrengstverhoging, opbrengstzekerheid en een verbeterde productkwaliteit konden hierdoor worden gerealiseerd.
Het principe van de plantenveredeling is zo veel mogelijk goede eigenschappen in één plantenras te verenigen. Gewenste eigenschappen kunnen zijn:
De duurzaamste veredelingsmethode is selectie: een groep planten onderling vergelijken, en de beste hieruit gebruiken voor vermeerdering.
Op deze wijze zijn in het verleden veel rassen ontstaan. De voorwaarde is dat de populatie over een voldoende genetische variatie beschikt.
.
Als de gewenste eigenschappen aanwezig zijn in verschillende planten, kan de veredelaar proberen deze in één plant te verenigen door de twee ouderplanten te kruisen.
Vervolgens selecteert de veredelaar de nakomelingen. En begint het proces weer opnieuw totdat de eigenschappen terug te vinden zijn in het nieuwe product.
Bron: Wikipedia